Door de nauwe poort – Karen Armstrong

Op haar zeventiende ging Karen Armstrong het klooster in, met de bedoeling haar leven als non door te brengen. Na zeven jaar trad ze echter uit. Tien jaar later verscheen Through the narrow gate, waarin ze terugblikt op haar kloosterjaren. In het voorwoord uit 1994 vertelt ze dat ze tijdens het schrijven van dit boek dacht dat ze klaar was met religie. Maar nadat het verscheen, kreeg ze een uitnodiging van de BBC om een documentaire over Paulus te maken. Van het één kwam het ander, ze raakte geïnteresseerd in andere religies en verdiepte zich in de theologie. Dat resulteerde in fascinerende, originele boeken, waarvan ik er een paar met veel belangstelling heb gelezen.

Na het voorwoord begint Door de nauwe poort met Karens jeugd in een katholiek gezin. Ze zat op school bij de nonnen en kwam zo al vroeg in aanraking met het religieuze leven. Toch schrokken haar ouders toen ze aankondigde non te willen worden. Karen vond het moeilijk uit te leggen, maar haar ouders lieten haar gaan. Tegen een roeping van God kan je immers weinig doen.

Karen besloot in te treden bij de onderwijsorde van de zusters waar ze zelf bij op school had gezeten. ‘Het is wel een heel strenge orde,’ had het schoolhoofd zuster Katherine gewaarschuwd. Karen wist dat het moeilijk zou worden, maar ze was bereid om alles te geven om God te vinden. Hoe zwaar het werkelijk was, weet ze zich jaren later nog wonderlijk goed te herinneren. Karens intrede was in 1962, vlak voor het Tweede Vaticaans concilie dat veel zou veranderen in de Rooms-katholieke kerk. Ze was dus één van de laatsten die deze strenge opleiding kreeg.

Verder lezen

Wat je zoekt, zoekt jou – Kader Abdolah

De kans is groot dat je weleens hebt gehoord van de Perzische dichter Rumi. Hij leefde eeuwen geleden en toch wordt zijn werk nog veel gelezen en voorgedragen, zoals ook vroeger bij Kader Abdolah thuis in Iran. Toen hij later in Nederland woonde, vroeg hij zich af: hoe zou dit in het Nederlands klinken? Voorzichtig begon hij vertalingen te maken van een aantal beroemde gedichten.

Wat je zoekt, zoekt jou begint met een novelle over het leven van Rumi, die werd geboren als Djalal. Hij moest vluchten voor het Mongoolse leger onder leiding van Dzjengis Khan. Samen met zijn vader ging Djalal op reis. Onderweg kwamen ze allerlei geleerden tegen. Djalal ging op verschillende plekken naar school, onder andere in Bagdad en Damascus. Hij ontwikkelde zich tot filosoof, mysticus en dichter. Al jong ging hij zelf lesgeven en hij werd nog beroemder dan zijn vader.

Rumi werd één van de grondleggers van het Soefisme, dat stelt dat God niet buiten je is, maar dat je Hem in jezelf kunt vinden. Rumi bedacht het dansen waarbij je om je eigen as draait. Alleen je kern staat dan nog stil en dat is God in jou.

Niets is stil, niets zit vast
alles is in beweging naar een plek
die geen begin kent en geen einde
Alles naar de oneindigheid.

Ik vind het prachtig om te lezen over deze beroemde man. Kader Abdolah heeft zijn fantasie gebruikt om er een lopend verhaal van te maken, maar geeft hier en daar aan waar zijn bronnen onduidelijk zijn of tegengestelde informatie geven. In dit levensverhaal van Rumi wordt al wat poëzie van hem geciteerd.

Verder lezen

Dagelijks werk – Renate Dorrestein

Een paar jaar geleden kreeg Renate Dorrestein de diagnose slokdarmkanker. Haar levensverwachting was te kort om nog een roman af te ronden. Ze besloot om haar archieven zelf op te ruimen, want

Stel je voor dat je na je dood, als je je niet meer kunt verweren, een biográáf achter je aan krijgt.

Dagelijks werk bevat een selectie van artikelen, columns, brieven, lezingen en andere teksten die ze tegenkwam. Elk stuk is voorzien van commentaar, waarbij ze zichzelf niet ontziet en kritisch terugkijkt op haar oude uitspraken.

Het gaat in een aantal stukken om het leven van een schrijver als ze niet schrijft, zoals gesteggel met uitgevers en rondom literaire prijzen. Ook zijn er veel feministische artikelen, want Renate Dorrestein was jarenlang redacteur van maandblad Opzij.

Verder lezen

De zee, de zee alleen – Tineke Hendriks

De Noorse zeeschilderes Betzy Akersloot-Berg bracht het laatste deel van haar leven door op Vlieland. Daar overleed ze in 1922, dus dit jaar precies een eeuw geleden. Ter gelegenheid daarvan is de geromantiseerde biografie De zee, de zee alleen verschenen. Ik las het tijdens een paar dagen op Vlieland, waar zelfs een straatje naar Betzy is genoemd.

In 1850 werd Betzy Berg geboren in het zuiden van Noorwegen. Tekenen en schilderen was haar liefste bezigheid. Ze wilde graag een kunstopleiding doen, maar dat konden haar ouders niet zomaar betalen. Betzy voelde zich beklemd door de verwachtingen van haar als jonge vrouw. Daarom meldde ze zich aan als zendeling en vertrok voor vijf jaar naar het noordelijkste puntje van Noorwegen, waar het in de zomer bijna niet donker wordt en de zon zich tijdens de ijskoude winter een paar maanden lang niet laat zien.

Verder lezen

Paul Erdős: The man who loved only numbers

Tijdens mijn studie wiskunde hadden we het weleens over beroemde wiskundigen die we bewonderden. Paul Erdős sprak ons erg aan, met zijn uitspraken over God die een groot boek heeft met de elegantste bewijzen van alle wiskundige stellingen. Niet dat Erdős serieus gelovig was, maar het idee is toch prachtig.

The man who loved only numbers beschrijft het leven van Paul Erdős. Hij werd geboren in 1913 in Hongarije. Wiskunde was zijn grote liefde. Hij reisde de hele wereld rond en logeerde dan altijd bij collega-wiskundigen, die hij uitputte met zijn enorme werklust en praktische onhandigheid. Het was zijn gewoonte om ergens onaangekondigd aan te bellen en te zeggen: ‘My brain is open.’ Daarna volgde dan iets als: ‘Let n be an integer…’ om zijn gastheren en -vrouwen dan tot in de kleine uren uit te dagen en samen wiskunde te doen.

Verder lezen

Onorthodox – Deborah Feldman

Deborah Feldman is opgegroeid bij de Satmar, een grote chassidisch-joodse gemeenschap in New York. Als 23-jarige is ze daar weggegaan en in Onorthodox vertelt ze het waargebeurde verhaal van haar jeugd.

Devoiri woont bij haar opa en oma, want haar vader is zwakbegaafd en haar moeder is uit de gemeenschap gestapt. Daarmee is zij een uitzondering, want verder schikt iedereen zich in de strenge regels en gewoontes. Devoiri krijgt te horen dat de Holocaust een straf van God was, omdat de joden niet vroom genoeg leefden. Daarom proberen de chassieden zich zo goed mogelijk aan de regels uit de Thora en de Talmoed te houden. Het meest opvallend is de kleding: zwart-wit met een hoed voor de mannen, lange rokken en een pruik voor de vrouwen. Er wordt vooral Jiddisch gesproken en uiteraard moet het eten koosjer zijn. De cultuur wordt beeldend beschreven en de vertaling van Patricia Piolon is oké.

Verder lezen

Máxima Zorreguieta: Moederland – Marcia Luyten

Onlangs heeft koningin Máxima van Nederland de leeftijd van 50 jaar bereikt. Ter gelegenheid daarvan heeft Marcia Luyten een biografisch portret in twee delen geschreven: Moederland eindigt vlak voor de ontmoeting van Máxima en prins Willem-Alexander. Dit boek speelt zich dan ook voornamelijk af in Argentinië, het land waar Máxima Zorreguieta in 1971 werd geboren.

De eerste helft van het boek gaat over Máxima’s voorouders en de geschiedenis van Argentinië. Het is een land van immigranten. Máxima’s opa-opa-opa kwam uit Baskenland. Als tiener maakte hij een paar eeuwen geleden de grote oversteek, om nooit meer terug te keren. Zijn nakomelingen zijn zich nog steeds bewust van hun afkomst.

Verder lezen

Frida’s pijn – Slavenka Drakulić

Het leven van de Mexicaanse kunstenaar Frida Kahlo werd getekend door pijn. Als zesjarige kreeg ze kinderverlamming en moest ze maandenlang in bed blijven. Toen ze zestien was, overleefde ze op het nippertje een vreselijk busongeluk. Ze brak veel botten, onder andere in haar been en haar onderrug. De jaren erna onderging ze talloze operaties aan haar ruggengraat. Later werd haar been geamputeerd en ze moest opnieuw leren lopen met een kunstbeen, maar vaak kon ze alleen maar op bed liggen en de pijn ondergaan. Ze moest wel schilderen, om de pijn te uiten en een gezicht te geven.

Verder lezen

Een schitterend vergeten leven: de eeuw van Frieda Belinfante

Frieda Belinfante was de eerste vrouw ter wereld die de vaste dirigent werd van een professioneel orkest. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat ze in het verzet, terwijl ze zelf joods was. Toni Boumans merkt dan ook op aan het begin van haar biografie:

Ik wist (…) dat het boek niet meer zou moeten zijn dan een eenvoudige chronologische weerslag van de belangrijke momenten uit haar leven. Zonder ingewikkelde capriolen. Haar leven zelf voldeed.

Deze zin staat aan het einde van de proloog, die ik een beetje lastig vind. Er worden namelijk veel mensen in geïntroduceerd: auteur Toni Boumans vertelt aan Frieda’s Californische vriendin Bobbie over Frieda’s voorouders. Zij waren Sefardische joden en de muzikaliteit gaat een paar generaties terug. Gelukkig is de rest van het boek chronologisch ingedeeld. Frieda’s leven blijkt inderdaad spannend genoeg om me steeds te blijven boeien.

Verder lezen

Becoming – Michelle Obama

Becoming is de autobiografie van de eerste zwarte presidentsvrouw van de Verenigde Staten van Amerika. Michelle Obama woonde acht jaar in het Witte Huis. Het was verre van vanzelfsprekend dat ze daar belandde. Ze groeide op in het zuiden van Chicago. Dat zegt mij weinig, maar Michelle legt uit hoe snel de buurt veranderde: toen ze kleuter was, zat ze met kinderen van diverse achtergronden in de klas, maar tien jaar later had ze geen witte klasgenoten meer. Op straat en in de bus leerde ze al vroeg om alert te zijn. Thuis bleef het fijn, met talloze familieleden om zich heen. Michelle vertelt het met veel details en in het begin ga ik tergend langzaam door de bladzijden. Soms ken ik bepaalde Amerikaanse termen niet, zoals namen van winkels of woorden die met het schoolsysteem te maken hebben. Maar het is en blijft steeds boeiend.

Verder lezen