Rond 1950 koopt Valeria een schrift in de tabakszaak bij haar om de hoek in Rome. Het is zondag en de verkoper zegt: dat is verboden! Want eigenlijk mag hij op zondag alleen tabak verkopen. Maar ze haalt hem over en ze begint stiekem te schrijven. Terwijl ze haar diepste gedachten aan het papier toevertrouwt, beschouwt ze haar eigen leven. Is ze wel zo gelukkig als ze zichzelf altijd heeft voorgehouden?
Valeria is 43 jaar, net als ik op dit moment. Toch beschouwt ze zichzelf vaak als een oude vrouw. Haar twee kinderen zijn bijna volwassen: Mirella is 19 jaar en Riccardo een jaar of 22. Terwijl zij hun weg in het leven zoeken, vraagt Valeria af of ze wel de juiste levenskeuzes heeft gemaakt: ze is jong getrouwd met Michele en kreeg daarna al snel kinderen, die overigens zeer gewenst waren. Sinds de oorlog hebben ze het niet breed en daarom is Valeria weer gaan werken. Op kantoor heeft ze steeds meer verantwoordelijkheden gekregen. Maar thuis noemt iedereen haar ‘mama’ en lijken ze op haar neer te kijken, terwijl ze geen moment stil zit. Alleen ’s nachts, als iedereen naar bed is, heeft Valeria tijd voor zichzelf. En dan schrijft ze.
Verder lezen




