Franca Treur werd bekend met haar debuut Een dorsvloer vol confetti, geïnspireerd op haar jeugd in een zwaar reformatorisch gezin. In haar derde roman Hoor nu mijn stem keert ze terug naar dit thema.
Hoofdpersoon Gina werkt als presentator bij de radio en is al lang geen refo meer. Haar relatie gaat uit en haar baan staat op de tocht. Ze overziet haar leven en denkt terug aan vroeger. De hoofdstukken wisselen af tussen Gina in het nu en Ina die opgroeit in een beschermde reformatorische omgeving in Zeeland.
Het begint als Ina een jaar of twaalf is. Ze woont op een boerderij met haar opa en twee oudtantes, nadat haar ouders zijn omgekomen bij een auto-ongeluk. Tante Ma is bekeerd, wat haar aanzien geeft in de reformatorische gemeenschap. Iedereen verlangt ernaar om aangeraakt te worden door de Heere, maar het is weinigen gegeven. Ina bidt zich suf, maar ze is zich ook zeer bewust van haar zondige daden en vooral gedachtes. Ze is intelligent en gaat naar het vwo. Daarna besluit ze om psychologie te gaan studeren in Leiden. Dat is geen doorsnee keuze, maar het lukt toch, doordat de vrouw van de dominee (die niet uit Zeeland afkomstig is) voor haar pleit.
In Leiden wordt ze lid van de reformatorische studentenvereniging Armaturam Dei, wat een directe verwijzing is naar Panoplia, de vereniging waar Franca Treur lid van was. Dit verhaal lijkt veel autobiografische elementen te bevatten, net als Een dorsvloer vol confetti, maar het loopt verder door in de tijd. Ik vind het boeiend om te lezen hoe geschokt Ina is door de colleges filosofie en theologie die ze volgt. In mijn eigen omgeving heb ik ook gezien wat een grote overgang het kan zijn voor studenten die in een beschermde christelijke omgeving zijn opgegroeid. Franca/Ina, is niet de enige die daardoor uiteindelijk haar geloof verliest.
In het heden gaat Gina terug naar Zeeland om voor tante Ma te zorgen, die hard achteruit gaat. Zelf heeft ze daar geen problemen mee; ze kijkt immers haar hele leven al uit naar de dood. Tante Ma zal deelnemen aan de grote Bruiloft. Dat opa ondertussen waarschijnlijk brandt in de hel, daar hebben ze het niet over, maar Ina heeft er als kind de vreselijkste beelden bij verzonnen.
Gina is enorm opgelucht dat ze niet meer gelooft in een God die nauwgezet bijhoudt wat ze allemaal doet en denkt, om haar daar na de dood op af te rekenen. Toch voelt het ergens ook als verlies en dat is het centrale motief in dit boek: verlies van een relatie, een baan, van je naasten aan de dood, van dingen waar je in geloofde. Franca Treur beschrijft het in een mooie, heldere stijl. Het veranderen van je naam, Ina die Gina wordt, is het ultieme symbool. Dit boek past bij de nieuwe generatie van ex-gereformeerden, die zich niet afzetten tegen hun jeugd, maar er de waarde en schoonheid van inzien.
Lees ook wat Jeanine over dit boek schreef.
Prachtig beschreven! Toch denk ik dat van de oude generatie Siebelink en ’t Hart ook oprecht zijn in hun beschrijvingen. Dat was een andere tijd en daardoor was het voor hen beslist minder leuk zo op te groeien en zich los te maken. Of bedoel je jongere auteurs die zich afzetten tegen een refo-jeugd? In elk geval is dit zo’n recensie waarvan ik dacht: dit moet de redacteur van DLVA zien!
LikeLike
Dank voor je complimenten bloos Jan Siebelink schrijft inderdaad met respect over het geloof, maar Maarten ’t Hart steekt er vaak de draak mee. Ik kan daar meestal wel om lachen, maar er zijn genoeg mensen die vinden dat hij ermee spot. Ondertussen lees je bij hem ook wel dat hij de schoonheid van met name kerkmuziek zeker ziet. Het is inderdaad een andere tijd, een andere generatie en dat merk je aan hun schrijven. Ik blijf het een boeiend thema vinden.
LikeLike
Voor mij spot ’t Hart voornamelijk door teksten in de bijbel letterlijk te nemen. Ik las pas Stenen voor een ransuil. Een van zijn eerste boeken. Daarin komt de worsteling met het geloof oprecht naar voren en wat dat doet met mensen die zich aan een minder strenge leer zouden willen gaan houden. Ook het Psalmenoproer (aanrader) toont een voor velen onbegrijpelijke kant van de starheid binnen sommige geloofsgemeenschappen.
LikeLike
Ik heb ze beide gelezen, mooie boeken. Verder vond ik ‘De Jacobsladder’ erg geslaagd, daar heb ik zo veel bij gelachen!
LikeLike
Mooie recensie! Vooral je laatste zin. Ik ben helemaal niet gelovig opgevoed, maar het thema fascineert mij ook. Je hebt me nieuwsgierig gemaakt naar dit boek.
LikeGeliked door 1 persoon
’t is inderdaad een prachtig boek met wisselende tijden en culturen als thema. Heel mooi geschreven, alhoewel het eind uiteraard lastig is en dat wordt dus een wat moeizame these/ synthese. Het echte thema is niet godsdienst maar cultuur en verandering daarin (bedoeld/ onbedoeld). Ieder mens heeft daar last van; zeker niet alleen de religieuzen (de anderen denken dat vaak)
LikeGeliked door 1 persoon