De dijk waarlangs we lagen – Fleur Bourgonje

Voor zijn vijftigste verjaardag nodigt Pieter zijn vrienden van vroeger uit. Toen ze achttien waren, maakten ze met z’n achten een boottocht op het IJsselmeer. Nu is het tijd voor een reünie.

Zijn jeugdvrienden zijn de enigen met wie hij zichzelf kan vergelijken, durft te vergelijken. Ze zijn in hetzelfde dorp geboren. Ze hebben dezelfde boeken gelezen, ze zijn in hetzelfde geloof grootgebracht en hebben dezelfde kansen gehad. Tijdens de vakanties waren ze altijd samen. Zijn jeugdvrienden zijn de ideale ijkmaat, de ideale ruis bij wat hij over zichzelf te vertellen heeft. Hun illusies en ontgoochelingen, hun waarheden en leugens en kwalen heeft hij nodig om de zijne onder ogen te zien.

In het eerste deel van De dijk waarlangs we lagen begint de bijeenkomst met een toespraak van Pieter, waar niemand echt naar luistert. Ondertussen begint het buiten te stormen. Het tweede deel bestaat uit acht hoofdstukken, waarin het perspectief telkens bij een ander van de vrienden en vriendinnen ligt. Eerst de vier mannen, dan de vier vrouwen.

Fleur Bourgonje weet me steeds in een paar zinnen al te interesseren voor degene die aan het woord is. Ze zijn heel verschillend terecht gekomen. Ada woont met haar man en zes dochters nog in het huis waar ze geboren is, terwijl Klara de hele wereld heeft rondgereisd. Johan is naar Australië geëmigreerd en Joost heeft een paar jaar in Afrika gewoond, terwijl Gerbrand al dertig jaar lang schipper van een veerpont is. Cecilia is doctor in de psychologie en Marietje edelsmid. Pieter is radiomaker en woont in een landhuis.

Allemaal vragen ze zich af met wat voor verhaal ze op de reünie voor de dag kunnen komen. Er is veel onzekerheid: zouden de anderen het niet raar vinden dat je… geen vrouw hebt, nooit ver hebt gereisd, een borst mist, niet meer zoveel haar hebt als vroeger. En zo zijn de vrienden meer met zichzelf bezig dan met elkaar.

Terwijl ze zich voorbereiden op de reünie, een jurk uitzoeken of zich afvragen of ze wel zullen gaan, komen herinneringen boven aan dertig jaar geleden:

Cecilia en Johan liggen loom van het lange varen tegen een dijk, de laatste, degene die hen van de volwassenheid scheidt. De zon zakt als een zware vuurbal in het IJsselmeer. Het is windstil.

Op de laatste bladzijden van het boek wordt teruggekeerd naar de reünie. De storm verwoest Pieters tuin, terwijl de oude vrienden nog een glas wijn inschenken. Als ik het uit heb, lees ik het eerste deel nog eens, dat ik nu beter kan plaatsen. Ik geniet nog even van de prachtige zinnen. Wat een mooi boek.

3 gedachtes over “De dijk waarlangs we lagen – Fleur Bourgonje

  1. Wat krijg ik een zin in dit boek, na jouw recensie. Komt op mijn lijstje!

    Like

  2. “En zo zijn de vrienden meer met zichzelf bezig dan met elkaar. ” Wat een mooie observatie. En zoals Jannie al schrijft ik krijg helemaal zin in dit boek.

    Geliked door 1 persoon

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.