Omdat ik in een paar dikke boeken bezig ben, heb ik tussendoor nog een dun boekje gelezen. IJsbrood gaat over een jongen van elf jaar. Op een dag is zijn moeder verdwenen. Na drie dagen biecht zijn vader op dat ze een tijdje bij Ron gaat wonen, een gescheiden vriend. Volgens zijn zus gaan hun ouders nu ook scheiden, maar dat roept ze al jaren. De jongen is meer bezig met damlessen en de schoolkampioenschappen dammen.
Wat opvalt is dat het niet in het heden speelt, maar in de tijd dat Owen Donkers en ikzelf elf jaar waren: het gaat over guldens en Raiders. De herkenbaarheid maakt dit boek wel leuk. Verder lijkt het wel een kinderboek, waar op zich niets mis mee is. Helaas blijft het vlak. Pas helemaal aan het einde overdenkt de jongen de situatie en komen er wat emoties los. Helaas heeft het verhaal een open einde. IJsbrood is aardig geschreven en een goed tussendoortje, maar het zal me niet lang bij blijven.
Ik vond het ook knap hoe de schrijvers de sfeer van de jaren negentig kon oproepen. En het omslag is zo mooi! Het kinderperspectief vond ik interessant: de jongen weet veel, maar begrijpt lang niet alles.
LikeLike