Café Dorian – Gilles van der Loo

‘Hollander, doe mij nog een biertje’ klinkt het regelmatig in Café Dorian. In de loop van de dag komen vaste gasten er binnenvallen. Gilles van der Loo beschrijft het beeldend en in het begin van het boek geniet ik van de sfeer en de mooie zinnen.

Misschien vind ik dit wel briljant, denk ik dan nog. De constructie is in elk geval opvallend. Het verhaal wordt verteld in de je-vorm door een vrouw, dus niet de schrijver zelf. Hier en daar vertelt ze iets over de korte tijd dat ze de hoofdpersoon kende. Ze raakte in verwachting en hij vertrok naar het buitenland. Tien jaar later bedenkt ze dit verhaal over de vader van haar kind. Soms droomt hij over zijn zoontje in Amsterdam. Maar de meeste tijd is hij druk aan het werk in het café.

De medewerkers en gasten van het café worden realistisch beschreven. Maar het is er niet altijd zo druk. De Hollander besluit dat hij naast borrels ook een maaltijd wil bieden aan zijn gasten. Hij haalt de zeventiger Astrud over om bij hem in dienst te treden. Zij kan geweldig koken. Na een lovende recensie in de krant zit het café elke avond stampvol.

Af en toe komt de verteller weer even boven water en die herinnert de lezer eraan dat ze dit allemaal verzint. Dit haalt me uit het verhaal en dat vind ik jammer. Ook vind ik de spanningsopbouw te zwak. Het geheel gaat me steeds minder boeien. Ik hoop op een goede ontknoping aan het einde. De verteller maakt dan eindelijk duidelijk wat er tien jaar geleden precies is gebeurd en waarom ze dit verhaal schrijft. Dat is goed bedacht, maar het is al te veel ingezakt. Ik vind dit goed geschreven, maar niet meeslepend genoeg.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.