In India leeft arm en rijk naast elkaar, in gescheiden werelden en tegelijkertijd zo verbonden. Tijd van zonde begint met een schokkende scène: een dure auto rijdt vijf daklozen dood, die langs de kant van de weg liggen te slapen. De bestuurder belandt in de gevangenis. Het is Ajay, die in de auto van zijn baas rijdt. In de gevangenis gaat het er hard aan toe, maar de jonge man weet zich staande te houden.
Dan springt het verhaal naar de jeugd naar Ajay. Na de dood van zijn vader kan zijn moeder niet meer rondkomen en ze besluit om haar zoon te verkopen. Jarenlang werkt Ajay voor een echtpaar, totdat de man sterft en Ajay op straat staat. Via baantjes in de horeca wordt hij de persoonlijk assistent van een stinkend rijke man: Sunny Wadia. Die leeft een luizenleventje met veel feestjes, drank en drugs.
Sunny is de zoon van één van de machtigste mannen van India. Bunty Wadia is eerste president van een deelstaat en een succesvol zakenman. Zo bestiert hij alles, van politie tot de hele economie. Het is allemaal enorm corrupt. Dan is er een journalist die dit alles bloot wil leggen, wat uiteraard ontzettend link is. Hij bespreekt het met zijn collega Neda. Zij komt in contact met Sunny en ze hebben een korte, heftige vriendschap. Of is het liefde?
Het perspectief wisselt van Ajay naar Neda. Het is even schakelen, maar ik blijf geboeid lezen. Deepti Kapoor speelt met vorm. De hoofdstukken over Ajay in de gevangenis staan in een ander lettertype, zodat de tijdssprongen meteen duidelijk zijn. Ze wisselt vertellende tekst af met dialogen. En soms staan er maar een paar regels op een bladzijde, wat nadruk legt op deze zinnen. De spanning blijft er steeds in, ook als ze zijstraatjes neemt. Uiteindelijk is alles nauw met elkaar verweven. Ik vind het knap gecomponeerd. Het is geweldig goed vertaald uit het Engels door Marlies Weyergang en Arwin van der Zwan.

Sunny is vaak bedwelmd door drugs, maar hij heeft nog een droom: het bouwen van een mooie stad. Daarvoor is grond nodig die hij van arme boeren koopt. Zij gebruiken het geld om ook een rijk leven te leiden, laten een groot huis bouwen en kopen dure auto’s. Maar na een tijd is het geld op. Ze zijn verslaafd aan drank en drugs. Ze hebben geen inkomen meer, want hun boerenbedrijfje is weg. Wat een ellende. Ze vervallen in criminaliteit.
Dit boek is een dikke pil en soms vind ik het wel lastig, want het is zo veel en ik weet niet altijd meer precies hoe het zat. Maar het blijft me meeslepen. India wordt prachtig beschreven, met haar berglandschappen in het noorden en kustplaatsjes in het zuiden. Dat vormt de achtergrond van de heftige verhaallijnen waarin allerlei mensen worden vermoord. Niemand is veilig, of je nou rijk of arm bent. Wat een intrigerend boek.
Lees ook wat Elske over dit boek schreef.