Na de dood van haar echtgenoot, Arend Jan Heerma van Voss, blikt Christien Brinkgreve terug op hun huwelijk. Ze hielden veel van elkaar, maar het was ook zwaar. Dat is goed te zien aan de staat van hun huis: slecht onderhouden en volgestopt met oude spullen. Heel langzaam gaat ze opruimen. Familieleden helpen mee om te beslissen wat weg kan en wat bewaard moet blijven. Het is nu haar huis en ze probeert het zich eigen te maken, maar haar zonen hebben nog steeds een mening over hoe het zou moeten zijn.
Ik aarzel nu over hoe ik de schrijver in het vervolg zal aanduiden. Ze voelt niet als iemand die ik zomaar met de voornaam aanspreek, maar bij de achternaam vind ik zo zakelijk. Zal ik toch maar gewoon Christien zeggen? Ik vind dat ze prettig schrijft en haar verhaal fascineert me. Ze geeft een kijk in de ziel, heel open, terwijl haar huwelijk zo beklemmend kon zijn. Christien was bezig met haar proefschrift toen ze in contact kwam met A, zo duidt ze hem in dit boek aan. Ze vielen voor elkaar terwijl hij nog getrouwd was, of misschien lag hij al in scheiding. Hij had twee dochters, die regelmatig bij hem en Christien kwamen logeren. Daardoor werd haar verlangen naar kinderen aangewakkerd en ze kregen twee zonen.
Christien werd hoogleraar sociologie en combineerde haar zware baan met het moederschap, wat erg pittig was, ook doordat A er ouderwets in stond en geen enkele bijdrage leverde aan het huishouden. Ze huurde een oppas in en werkte deels thuis. In haar beleving kon ze zo voldoende betrokken zijn bij haar gezin, maar later bleek dat haar man en kinderen dat anders ervaarden. Ze vergelijkt zichzelf met haar moeder, die zich juist volledig richtte op haar gezin en geen werk buitenshuis had. Terugkijkend concludeert ze dat het beeld van een moeder maar een beetje is veranderd:
De moeder is verantwoordelijk voor het gezinsgeluk en krijgt de schuld als iets hierin hapert, dat is een constante, maar de aard van het verwijt verschuift: was dat eerst haar drukkende frustratie door gebrek aan eigen kansen, nu is het haar afwezigheid vanwege werk.
Ook A hoopte iets anders van hun huwelijk. Hij was vaak somber en wilde alleen over zichzelf praten. De communicatie verliep vaak via brieven en e-mails, omdat praten niet lukte. Waarom ze dan toch bleef, vraagt Christien zich af. Omdat ze als kind leerde dat je voor elkaar moet zorgen. De laatste maanden van A’s leven waren bijzonder moeilijk, omdat Christien minder vaak haar eigen plan kon trekken en bovenal omdat A ontzettend boos was. Hij wilde niet dood en kon daar absoluut niet over praten.

Beladen huis heb ik graag gelezen, doordat Christien Brinkgreve zo vlot schrijft en de ervaringen uit haar huwelijk achteraf gezien kan duiden. Het heeft een positief einde, want na de dood van A pakt ze haar eigen leven weer op. Het huis wordt steeds lichter en de herinneringen blijven.
Het klinkt interessant, maar ook wel behoorlijk zwaarmoedig, of valt dat mee ?
LikeGeliked door 1 persoon
Het is wel beklemmend, maar ik vind de balans wel goed tussen positieve en moeilijke herinneringen. Het komt wel authentiek over: zo was het voor haar en zo duidt ze dat nu
LikeGeliked door 1 persoon